SUMAR - Het was een opmerkelijk zo niet wonderlijk gezicht woensdagochtend op het plein voor it Bynt, de dorpsschool van Sumar. Op de tafeltennistafel had het personeel zich verzameld in felrode jumpsuits, de meesten met een leus, een slogan in de hand. Er werd gestaakt jawel, maar de school was wel degelijk open. Wie er dan voor de klas stonden? Nou, een aantal dorpsgenoten, vaders en moeders en anders dan u misschien zou denken, gaven ze wel degelijk les!
Staking op it Bynt, maar de school is open!
De kinderen van Sumar die woensdagmorgen, Valentijnsdag nota bene, naar school gingen, kregen op het plein een ongebruikelijk tafereel voorgeschoteld. Daar, op de betonnen tafeltennistafel, zat een groep vrouwen die helemaal in het felrood, signaalrood heet dat bij een schilder, waren gekleed. We kenden al de ‘mannen in witte pakken’, maar dit waren vrouwen in rode pakken. Ladies in red zeg maar. Er werd wat gegniffeld door sommige leerlingen, maar ze wisten natuurlijk best wel van de hoed en de rand van dit stilleven, dit ’tableau vivant’ zoals dat vroeger heette. Stilzitten en mond dicht, en dat voor vrouwen… Bij nader inzien ging het om het vrijwel voltallige personeel van it Bynt en de reden waarom ze daar zaten werd al heel spoedig duidelijk. Op grote vellen papier, sommige, vanwege Valentijnsdag waarschijnlijk, in de vorm van een hart. Immers, deze 14de februari was uitgeroepen tot noordelijke stakingsdag in het basisonderwijs. Omrop Fryslân had er een paar dagen eerder aandacht aan besteed. Speciaal aan it Bynt in Sumar, want daar had men een compleet nieuwe vorm van staken bedacht, een totaal ander format, om even in eigentijdse taal te blijven. Dit was de leerling- en oudervriendelijke variant, met andere woorden, de kinderen gingen wel degelijk naar school en de problemen voor de ouders waren opgelost. Op een paar na dan, want die moesten/mochten een ochtend zelf voor de klas staan.
code rood
Ik ga even kijken, onderwijs heeft nu eenmaal mijn speciale aandacht, en deze school in Sumar heeft dat in het bijzonder. En dus meld ik mij om kwart over acht op het schoolplein van It Bynt zoals de school sinds anderhalf jaar heet, sinds de beide scholen, de christelijke en de openbare basisschool zijn gaan samenwerken. Vroeger heetten ze respectievelijk De Wyngerd en de Master de Vriesskoalle. Het is nog tamelijk rustig op het plein, het is ijskoud op deze vroege woensdagochtend en de meeste kinderen zijn nog onderweg. Op het plein dus die levende beeldengroep in felrode overalls: code rood. En dat slaat dan op de kritieke toestand waarin het basionderwijs verkeert, de griepgolf heeft dat nog maar eens heel erg duidelijk gemaakt. Enerzijds treffen ze het met het weer, de zon is net opgekomen en het waait niet echt, anderijds is het ‘strûpstjerrende kâld’. Ik maak alvast een paar foto’s, het zijn historische plaatjes, in deze samenstelling en om deze reden zal dit waarschijnlijk nooit meer te zien zijn. De kinderen komen langzaam het schoolplein op en kijken toch wat besmuikt naar die groep vrouwen die daar alle moeite doet om stil te blijven. Stil zitten en niet praten, dat moet voor de meesten van hen een heidens karwei zijn vermoed ik. Eén van hen heeft een beker koffie mee naar buiten genomen en dat lijkt me een strak plan. Ik ga naar binnen, ik weet de weg, de koffiekamer is niet ver.
‘business as usual’
Om half negen gaat de bel, alle leerlingen worden naar binnen geroepen, ‘business as usual’ dus, maar daarna heerst er een geheel ander regime in de klassen. Niet de reguliere juf zwaait deze ochtend de scepter, maar een aantal ouders staat voor de klas, al is dat ‘voor’ tamelijk relatief. Alleen bij de kleuters lijkt het format wel wat op de gewone gang van zaken zoals ik me die herinner van lang verleden tijden. Ik ga kijken bij ‘juf’ Mariëlle die haar leerlingen alvast in een ronde opstelling heeft geplaatst. Les één als je voor een kleutergroep staat: zorg dat jij alle kinderen kunt zien en dat zij allemaal jou kunnen zien. Ik weet niet wat Mariëlle in ‘het dagelijks leven’ doet, maar als er ooit gebrek is aan een kleuterjuf bij it Bynt, dan zou ik haar als eerste bellen. Ze doet het alsof ze nooit anders heeft gedaan. De kinderen hangen aan haar lippen, dit moet ze eerder hebben gedaan zou ik zeggen. Ik ben benieuwd of andere ‘stand ins’ het er ook zo goed vanaf brengen. Voor de goede orde: de reguliere personeelsleden zijn wel degelijk aanwezig, alleen ze geven geen les. Dat ze er zijn, zal waarschijnlijk te maken hebben met de verantwoordelijkheid, niet iedereen mag zo maar voor de klas staan, onderwijzer(es) is een zogenaamd beschermd beroep, ‘jo moatte der foar trochleard hawwe’, zeg maar. Ik heb het zelf gedaan en vroeg mij toen ik stopte af wie nu van wie het meest geleerd had: de kinderen van mij, of ik van de kinderen.
‘juf Linda
Ik ga kijken in een ander lokaal waar ‘juf’ Linda aan het roer staat. Ook zij doet het prima, alsof het haar dagelijkse werk is. “Leuk”, zegt ze desgevraagd, “myn eigen soan sit derby en dat is wol apart fansels.” Op een rustig moment, als alle kinderen ingespannen bezig zijn met hun opdrachten, ze moeten allerlei proefjes doen en dingen uitzoeken in groepjes, hebben we het even, nou wat dacht u, over vroeger natuurlijk. Over wat er anders is, over hoe anders de school er inmiddels uitziet en dat soort dingen. We gaan even terug in de tijd zeg maar. Maar dan roept de ‘plicht’ haar weer naa haar lokaal.
‘ik hear niks’
Het volgende lokaal waar ik even ga kijken is dat van meester Eppie, nee, ‘net mei skrapkes’, Eppie is zelf schoolmeester geweest en als ik het goed begrijp geeft hij nog altijd les. In muziek blijkbaar, want hij is met de kinderen aan het zingen. In hem herken je de echte onderwijzer, de schoolmeester, je kunt zien dat hier een echte professional aan het werk is. Als de leerlingen wat erg zachtjes zingen gaat hij erbij staan met zijn hand achter het oor: “Ik hear neat”, maant hij de kinderen aan wat meer volume te produceren.
lawaai
Ik ga naar huis, maar tegen half twaalf ben ik er weer, ik wil de start zien van de ‘lawaai-optocht’ die de kinderen gaan houden door de straten van Sumar. ‘Lawaai’ betekent in dit geval zoveel mogelijk herrie om de inwoners attent te maken op de schrijnende toestanden in het basisonderwijs. En om half twaalf staan alle leerlingen gewapend met van alles wat maar lawaai kan maken, buiten bij het hek van de school. Dan geeft juf Baukje het startsein en zet de stoet zich in beweging. Ik verwonder mij elke keer weer hoeveel kinderen we hier in Sumar hebben. Herrie genoeg, daar ligt het niet aan, en de jongelui hebben er duidelijk plezier in. Ja, waarom ook niet, onder schooltijd een wandeltocht door het dorp en iets doen wat anders eigenlijk niet mag: ongebreideld herrie maken. Wat opvalt is dat de jongste leerlingen het meest serieus meedoen met lawaaimaken, de wat ouderen vinden het blijkbaar toch ‘in bytsje ûnwennich’ om met pandeksels en fluitjes over staat te gaan. Maar ze zijn niet te beroerd om de kleintjes te helpen oversteken. Het is, met andere woorden, een vrolijke troep die zich door Sumar beweegt. Echt veel publieke belangstelling is er niet, het is ook een tijdstip waarop de meeste heiten en memmen aan het werk zijn. Een dik half uur duurt deze demonstratie, dan zijn we weer terug op het schoolplein. Of het zal helpen is niet te voorzien natuurlijk, maar het geheel heeft wel degelijk een signaalwerking. Er moet iets gebeuren, dat is een ding wat zeker is, het gaat met name om salaris, maar ook om werkdruk en de krapte aan personeel. It Bynt in Sumar heeft in elk geval laten zien dat ze creatief om zijn gegaan met het altijd wat beladen en kille begrip ‘staken’.
Binne Kramer
{gallery}Syta/staking15218{/gallery}
Notice: Undefined property: stdClass::$readmore in /home/kanaal30/domains/archiefkanaal30.nl/public_html/templates/ja_teline_v/html/layouts/joomla/content/item/default.php on line 121